Vrss 17. – Dit vers roept verschillende vragen op die nauwelijks met zekerheid kunnen worden beantwoord. Kijkt “hierin” ἐν τούτῳ terug naar vers 16? of vooruit naar “dat” ἵνα? of vooruit naar “omdat” ὅτι? Nogmaals, hoort “met ons” μεθ ἡμῶν bij “is volmaakt gemaakt” τετελείωται? of bij “liefde” ἡ ἀγάπη? Johannes 15:8 neigt ons ertoe “hierin” te verwijzen naar “dat” ἵνα; en “bij ons” of “onder ons” past beter bij het werkwoord dan bij het onderwerp: “Hierin heeft de liefde haar volmaaktheid bereikt onder ons christenen, d.w.z. in de Kerk, dat wij vertrouwen hebben in de dag des oordeels.” Dit is de volmaaktheid van de liefde om geen vrees te hebben. De ὅτι, introduceert de reden voor dit vertrouwen: de basis ervan is onze gelijkenis met Christus, vooral in het verenigd zijn met de Vader (Johannes 17:21, 23, 26). Vergelijk “gelijk Hij rein is” (1 Johannes 3:3), en “gelijk Hij rechtvaardig is” (1 Johannes 3:7): καθὼς ἐκεῖνος in alle drie de gevallen.
Parallel Commentaries …
In
Ἐν (En)
Prepositie
Strong’s Greek 1722: In, on, among. Een primair voorzetsel dat positie aanduidt, en instrumentaliteit, d.w.z. een relatie van rust; ‘in, ‘ bij, op, door, enz.
dit,
τούτῳ (toutō)
Demonstratief voornaamwoord – Datief onzijdig enkelvoud
Strongs Grieks 3778: dit; hij, zij, het.
liefde
ἀγάπη (agapē)
Zelfstandig naamwoord – vrouwelijk enkelvoud
Strongs Grieks 26: Van agapao; liefde, d.w.z. genegenheid of welwillendheid; speciaal een liefdesfeest.
is vervolmaakt
τετελείωται (teteleiōtai)
Verb – voltooid indicatief midden of passief – derde persoon enkelvoud
Strongs Grieks 5048: Van teleios; voltooien, d.w.z. volbrengen, of voltooien.
onder
μεθ’ (meth’)
Prepositie
Strongs Grieks 3326: (a) gen: met, in gezelschap van, (b) acc: (1) achter, voorbij, na, van plaats, (2) na, van tijd, met zelfstandige naamwoorden, neut. van bijvoeglijke naamwoorden.
ons,
ἡμῶν (hēmōn)
Persoonlijk / bezittelijk voornaamwoord – Genitief 1e persoon meervoud
Strong’s Greek 1473: Ik, het voornaamwoord van de eerste persoon. Een primair voornaamwoord van de eerste persoon ik.
zo dat
ἵνα (hina)
Samenvoeging
Strongs Grieks 2443: Opdat, zodat. Waarschijnlijk van hetzelfde als het vorige deel van heautou; opdat.
wij mogen hebben
ἔχωμεν (echōmen)
Verb – Present Subjunctief Actief – 1e Persoon Meervoud
Strongs Grieks 2192: hebben, houden, bezitten. Inclusief een alternatieve vorm scheo skheh’-o; een primair werkwoord; vasthouden.
vertrouwen
παρρησίαν (parrēsian)
Gezin – accusatief vrouwelijk enkelvoud
Strong’s Grieks 3954: Van pas en een afgeleide van rheo; alle uitspaakbaarheid, d.w.z. openhartigheid, botheid, openbaarheid; bij implicatie, zekerheid.
op
ἐν (en)
Voorzetsel
Strongs Grieks 1722: In, op, onder. Een primair voorzetsel dat positie en instrumentaliteit aanduidt, d.w.z. een relatie van rust; ‘in,’ bij, op, door, etc.
de
τῇ (tē)
Artikel – Datief vrouwelijk enkelvoud
Strong’s Greek 3588: De, het bepaalde lidwoord. Inclusief het vrouwelijke hij, en het onzijdige to in al hun verbuigingen; het bepaalde lidwoord; de.
dag
ἡμέρᾳ (hēmera)
Gezin – Datief vrouwelijk enkelvoud
Strongs Grieks 2250: Een dag, de periode van zonsopgang tot zonsondergang.
van oordeel;
κρίσεως (kriseōs)
Naamwoord – Genitief Vrouwelijk Enkelvoud
Strongs Grieks 2920: Beslissing; bij uitbreiding, een tribunaal; bij implicatie, gerechtigheid.
voor
ὅτι (hoti)
Samenvoeging
Strongs Grieks 3754: Onzijdig van hostis als samenvoeging; aanwijzend, dat; oorzakelijk, omdat.
in
ἐν (en)
Prepositie
Strongs Grieks 1722: In, op, onder. Een primair voorzetsel dat positie en instrumentaliteit aanduidt, d.w.z. een relatie van rust; ‘in, ‘ bij, op, door, enz.
dit
τούτῳ (toutō)
Demonstratief voornaamwoord – Datief Mannelijk Enkelvoud
Strongs Grieks 3778: Dit; hij, zij, het.
wereld
κόσμῳ (kosmō)
Werkwoord – Datief Mannelijk Enkelvoud
Strongs Grieks 2889: Waarschijnlijk van de basis van komizo; ordelijke ordening, d.w.z. Decoratie; bij implicatie, de wereld (moreel).
wij
ἡμεῖς (hēmeis)
Persoonlijk / Bezittelijk voornaamwoord – Nominatief 1e Persoon Meervoud
Strong’s Greek 1473: Ik, het voornaamwoord van de eerste persoon. Een primair voornaamwoord van de eerste persoon ik.
zijn
ἐσμεν (esmen)
Werkwoord – Presentatief Indicatief Actief – 1e Persoon Meervoud
Strongs Grieks 1510: Ik ben, besta. De eerste persoon enkelvoud tegenwoordig aanwijzend; een verlengde vorm van een primair en onvoltooid werkwoord; ik besta.
zoals
καθὼς (kathōs)
Aanwijzend werkwoord
Strongs Grieks 2531: Volgens de wijze waarop, in de mate dat, net als, zoals. Van kata en hos; net als, dat.
Hij.
ἐκεῖνός (ekeinos)
Demonstratief voornaamwoord – Nominatief mannelijk enkelvoud
Strongs Grieks 1565: Dat, die daar, ginds. Van ekei; dat ene (onzijdige) ding); vaak geïntensiveerd door het voorvoegsel.
Stoutmoedigheid Volledig Vertrouwen Angst Herein Oordeel Oordeel Liefde Manifested Volmaakte Volmaakte Weg Wereld
Stoutmoedigheid Volledig Vertrouwen Angst Herein Oordeel Oordeel Liefde Manifested Volmaakte Volmaakte Weg Wereld
1 Johannes 4:17 NIV
1 Johannes 4:17 NLT
1 Johannes 4:17 ESV
1 Johannes 4:17 NASB
1 Johannes 4:17 KJV
1 Johannes 4:17 BibleApps.com
1 Johannes 4:17 Biblia Paralela
1 Johannes 4:17 Chinese Bijbel
1 Johannes 4:17 Franse Bijbel
1 Johannes 4:17 Clyx Citations
NT Letters: 1 Johannes 4:17 In deze is de liefde volmaakt geworden (1J iJ 1Jn i jn 1 jo)