A comparison of the twenty-four-hour blood pressure profile in normotensive and hypertensive subjects

Het doel van deze studie was de relatie te beoordelen tussen op conventionele wijze gemeten bloeddruk (‘conventionele’ bloeddruk) en 24-uurs ambulante bloeddruk gemeten met de SpaceLabs 90202 recorder, in een controlepopulatie met normale bloeddruk, en bij patiënten met hypertensie. Referentiewaarden voor de 24-uurs ambulante bloeddruk waren eerder bepaald in een controlepopulatie van 776 gezonde bankmedewerkers (396 mannen en 380 vrouwen), in de leeftijd van 17-80 jaar, en werden vergeleken met die van een kliniekpopulatie die bestond uit 805 patiënten die naar een bloeddrukkliniek waren verwezen voor evaluatie van hypertensie. De kliniekpopulatie werd verdeeld in twee groepen: ‘normotensieve’ patiënten, van wie de conventionele bloeddruk lager was dan 160/90 mmHg (n = 168), en ‘hypertensieve’ patiënten, van wie de conventionele bloeddruk hoger was dan of gelijk was aan 160/90 mmHg (n = 637). De kliniekpopulatie had een hogere conventionele (156/87 versus 119/76 mmHg), overdag (147/90 versus 125/79 mmHg) en ’s nachts (129/75 versus 106/61 mmHg) ambulante druk vergeleken met de controlepopulatie. De ‘hypertensieve’ patiënten in de kliniek hadden een hogere conventionele (175/97 versus 136/77 mmHg), overdag (153/93 versus 140/87 mmHg) en ’s nachts (133/78 versus 124/72 mmHg) ambulante druk dan de normotensieve populatie in de kliniek. De ambulante druk overdag was hoger dan de conventionele druk (125/79 versus 119/76 mmHg) in de controlepopulatie en in de normotensieve kliniekpopulatie (140/87 versus 136/77 mmHg). Deze verhouding was echter omgekeerd bij de klinisch hypertensieve patiënten (153/93 versus 175/97 mmHg). Er wordt geconcludeerd dat, terwijl conventioneel gemeten bloeddruk de neiging heeft lager te zijn dan de ambulante dagdruk in normotensieve populaties, deze relatie omgekeerd is bij patiënten met hypertensie.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.