Ik lach niet als ik hun innerlijke kind naar buiten zie komen
De tienerjaren zijn een tijd waarin jongeren een belangrijke overgang maken en als volwassenen willen worden gezien. Tieners zijn vaak cynisch en hechten veel belang aan “cool” zijn. Ze weigeren opgewonden te raken bij het zien van de Disney-figuren die naar hen zwaaien in een parade, en ze willen zeker niet dat je ze vol ontzag hoort hijgen bij een prachtig vuurwerk.
Maar als moeder merk ik soms dat ze hun innerlijke kind niet helemaal kunnen beteugelen. Ze worden een beetje gek en vermaken zich eigenlijk prima als hun jongere broertjes en zusjes hen meeslepen naar een begroeting met personages. Ze laten zich ontvallen dat ze echt genoten hebben van de nieuwe praalwagens in de parade of dat de Peter Pan-rit leuke herinneringen opriep aan toen ze jong waren. Ik zeg nooit: “Zie je wel, ik zei het toch! Ik zei toch dat je het naar je zin zou hebben!” en ik zet ze zeker niet voor schut door die foto te posten waarop ze zo opgewonden als een zesjarige met Goofy op de vuist gaan. Ik koester die kostbare herinneringen alleen en laat hen die “coole” façade in stand houden.