Achtergrond: Hypoparathyreoïdie resulteert in een verstoorde minerale homoeostase, waaronder hypocalciëmie en hyperfosfatemie. Behandeling met hoge doses oraal calcium en actieve vitamine D geeft geen adequate of consistente controle van biochemische indices en kan leiden tot ernstige complicaties op lange termijn. Wij wilden de werkzaamheid, veiligheid en verdraagbaarheid testen van eenmaal daags recombinant humaan bijschildklierhormoon 1-84 (rhPTH) bij volwassenen met hypoparathyreoïdie.
Methoden: In deze dubbelblinde, placebogecontroleerde, gerandomiseerde fase 3-studie (REPLACE) rekruteerden we patiënten met hypoparathyreoïdie (≥ 18 maanden duur) in de leeftijd van 18-85 jaar uit 33 locaties in acht landen. Na een optimalisatieperiode, tijdens dewelke de calcium- en actieve vitamine D-dosissen werden aangepast om een consistent serumcalcium met albuminecorrectie te bereiken, werden de patiënten willekeurig toegewezen (2:1) via een interactief voice response systeem aan 50 μg rhPTH(1-84) per dag of placebo gedurende 24 weken. Actieve vitamine D en calcium werden progressief verminderd, terwijl rhPTH(1-84) kon worden getitreerd van 50 μg tot 75 μg en vervolgens 100 μg (weken 0-5). Het primaire eindpunt was het percentage patiënten op week 24 dat een reductie van 50% of meer bereikte in hun dagelijkse dosis oraal calcium en actieve vitamine D met behoud van een serumcalciumconcentratie groter dan of gelijk aan de uitgangsconcentraties en kleiner dan of gelijk aan de bovenlimiet van normaal, geanalyseerd op basis van intention to treat. Deze studie is geregistreerd bij ClinicalTrials.gov, nummer NCT00732615.
Bevindingen: Tussen 23 juni 2009 en 28 februari 2011 werden 134 in aanmerking komende patiënten gerekruteerd en willekeurig toegewezen aan rhPTH(1-84) (n=90) of placebo (n=44). Zes patiënten in de rhPTH(1-84) groep en zeven in de placebogroep stopten voor het einde van de studie. 48 (53%) patiënten in de rhPTH(1-84) groep behaalden het primaire eindpunt vergeleken met één (2%) patiënt in de placebogroep (procentueel verschil 51,1%, 95% CI 39,9-62,3; p<0,0001). Het percentage patiënten met ten minste één ongewenst voorval was vergelijkbaar tussen de groepen (84 patiënten in de rhPTH-groep versus 44 patiënten in de placebogroep), waarbij hypocalkemie, spierspasmen, paresthesieën, hoofdpijn en misselijkheid de meest voorkomende ongewenste voorvallen waren. De proporties patiënten met ernstige bijwerkingen waren ook vergelijkbaar tussen de rhPTH(1-84) groep (tien patiënten) en de placebogroep (vier patiënten).
Interpretatie: 50 μg, 75 μg, of 100 μg per dag rhPTH(1-84), subcutaan toegediend in de poliklinische setting, is werkzaam en wordt goed verdragen als een PTH-vervangingstherapie voor patiënten met hypoparathyreoïdie.