De eenvoudige tegenwoordige tijd is wanneer je een werkwoord gebruikt om te vertellen over dingen die voortdurend in het heden gebeuren. Hier zijn 50 zinnen in de eenvoudige tegenwoordige tijd;
50 zinnen in de eenvoudige tegenwoordige tijd
1. Mijn zoon woont in Londen.
2. Ze speelt basketbal.
3. Hij neemt elke ochtend de trein.
4. Michael werkt niet.
5. Mijn vader spreekt geen goed Engels.
6. Hij gaat elke dag naar voetbal.
7. Hij speelt graag basketbal.
8. Hij gaat naar school.
9. Gaat hij naar school?
10. Ze schrijft een e-mail aan haar beste vriendin.
11. Hij denkt dat hij erg knap is.
12. Het regent hier meestal elke dag.
13. Het ruikt erg lekker in de keuken.
14. We zingen meestal samen liedjes.
15. We gaan elke zondag naar een galerie.
16. Schrijft hij een e-mail?
17. De zon komt op in het oosten.
18. George poetst haar tanden twee keer per dag.
19. Hij staat elke dag vroeg op.
20. Ze spreken Engels in de VS.
21. Het sneeuwt veel in de winter in Rusland.
22. Wij wonen in Texas.
23. Jullie gaan elke zomer op vakantie.
24. Mijn dochter doet de was.
25. Mijn broer zet het vuilnis buiten.
26. Ze zwemt elke ochtend.
27. Ik doe de afwas niet.
28. Hij geeft geen wiskunde.
29. Katten haten water.
30. Ieder kind houdt van een ijsje.
31. Mijn moeder liegt nooit.
32. Ik hou niet van thee.
33. Jij hebt geen kinderen.
34. Ik en mijn zus zien elkaar niet meer.
35. Ze gaan morgen niet naar school.
36. Mijn kat loopt heel hard.
37. Julie praat heel snel.
38. De hond van mijn broer blaft veel.
39. Ze gaat met de auto naar haar werk.
40. In de zomer regent het hier niet.
41. We koken elke dag.
42. We gaan samen naar de sportclub.
43. Jullie hebben een groot huis.
44. Ze slapen ’s middags.
45. Wanneer praten ze meestal met elkaar?
46. De kinderen zijn thuis.
47. Ik lees graag detectiveverhalen.
48. Ik hou van aardrijkskunde en wetenschap.
49. Ze studeert geen Duits op maandag.
50. Woont ze in Londen?