Bij de mens houdt mutual grooming nauw verband met social grooming, dat wordt gedefinieerd als het proces waarmee menselijke wezens een van hun basisinstincten vervullen, zoals socialiseren, samenwerken en van elkaar leren.In onderzoek uitgevoerd door Holly Nelson (van de Universiteit van New Hampshire) en Glenn Geher (State University of New York at Paltz) rapporteerden individuen die hun romantische partner kozen meer mutual grooming dan anderen die zich in andere soorten relaties concentreerden. Vandaar dat deze studie veronderstelde dat mutual grooming verband hield met relatietevredenheid, vertrouwen en eerdere ervaring van affectie binnen de familie. Zij beweren dat, hoewel mensen elkaar niet verzorgen met dezelfde vurigheid als andere soorten, zij verzorgers bij uitstek zijn. In hetzelfde onderzoek ontdekten onderzoekers dat individuen met een meer promiscue houding en zij die hoog scoren op de angstsubschaal van een volwassen hechtingsstijlmeting, de neiging hebben om hun partners vaker te verzorgen. Deze bevindingen waren ook consistent met enkele van de functies van grooming: potentiële ouderlijke indicator, het ontwikkelen van vertrouwen en hofmakerij of flirt.
Een recente empirische studie van Seinenu Thein-Lemelson (University of California, Berkeley) maakte gebruik van een ethologische benadering om cross-culturele verschillen in menselijke grooming te onderzoeken als het gaat om zorggedrag. Naturalistische gegevens werden verzameld door middel van video-opnames met kinderen tijdens routine-activiteiten en vervolgens gecodeerd voor verzorgingsgedrag. Deze cross-culturele vergelijking van stedelijke gezinnen in Birma en de Verenigde Staten geeft aan dat er significante cross-culturele verschillen zijn in de mate van verzorger-tot-kind grooming. Birmese verzorgers in de steekproef verzorgden hun kinderen vaker dan verzorgers in de Verenigde Staten. Bovendien hebben kinderen in de Verenigde Staten korte momenten van geconcentreerde grooming voornamelijk tijdens dagelijkse activiteiten die expliciet gestructureerd zijn rond hygiënische doelen (badtijd), in tegenstelling tot het Birmese kind, wiens grooming meer gelijkmatig verdeeld is binnen en over de dagelijkse activiteiten. De Birmese ouders bleven voortdurend waakzaam voor het risico van infectie. De studie is belangrijk omdat het de enige studie is van het verzorgen van mensen die gebruik maakt van naturalistische gegevens.