Vroeger dacht men ten onrechte dat ze veroorzaakt werden door een leveraandoening, daarom worden ze “levervlekken” genoemd. In werkelijkheid worden deze huidvlekken veroorzaakt door een opeenhoping van het huidpigment melanine en worden in verband gebracht met veroudering en langdurige blootstelling aan ultraviolet licht. Deze overgepigmenteerde vlekken, die technisch “Lentigo senilis” worden genoemd, vormen meestal alleen een cosmetisch probleem, tenzij ze onregelmatige randen krijgen en een kleurverandering ondergaan, in welk geval ze door een arts moeten worden geëvalueerd. Mensen die last hebben van dergelijke “seniele sproeten” kunnen hulp zoeken bij hydrochinon.
Wanneer deze chemische stof wordt toegepast als ingrediënt in een huidcrème, remt zij de activiteit van tyrosinase, een enzym dat nodig is voor de vorming van melanine. Dit roept drie vragen op. Hoe goed werkt hydroquinone, welke concentratie is nodig, en welke risico’s, als die er zijn, brengt het gebruik ervan met zich mee? Hydroquinone werkt, en zijn doeltreffendheid is, zoals te verwachten is, dosisgebonden. U hebt minimaal 1% in een crème nodig om enig resultaat te zien, en de echt significante effecten beginnen bij 4%. In de V.S. is hydrochinon verkrijgbaar in vrij verkrijgbare producten met concentraties tot 2%, voor meer dan dat is een recept nodig. In Europa en Canada hebben alle hydrochinonproducten een recept nodig. Waarom dit verschil?
Verschillende regelgevende instanties komen op verschillende manieren tot besluiten. In dit geval kijken Europa en Canada naar worst case scenario’s, terwijl de VS hydrochinon evalueert op basis van het feitelijke gebruik in cosmetica. Voedingsstudies bij ratten hebben gesuggereerd dat hydrochinon carcinogeen kan zijn, hoewel dit omstreden is. Bij mensen heeft het per ongeluk inslikken van hydrochinon bevattende ontwikkelvloeistof in zeldzame gevallen tot toxische reacties geleid, maar in een gecontroleerde proef met menselijke vrijwilligers gaf inname van 300-500 mg hydrochinon per dag gedurende maanden geen waarneembare effecten. Bij uitwendig gebruik zijn nooit systemische reacties waargenomen, en er is nooit een verband met huidkanker gevonden. Maar er is een kans op huidirritatie, vooral als na het aanbrengen geen bescherming tegen de zon wordt gebruikt, alsmede een zelden waargenomen blauwe verkleuring die bekend staat als “ochronosis”. Bij hogere concentraties bestaat de mogelijkheid dat te veel pigment verloren gaat, waardoor witte vlekken ontstaan. Het is vooral om deze laatste redenen, en enige bezorgdheid dat hydrochinon niet streng genoeg is bestudeerd, dat Canada en Europa zich zorgen maken over de beschikbaarheid zonder recept.
Maar afgezien van hydrochinonproducten die zijn versneden met kwikverbindingen, wat in Afrika is gebeurd, zijn er geen noemenswaardige problemen met 2%-oplossingen aan het licht gekomen. Hydrochinon komt ook in de natuur voor, in de beredruif, meekrap en moerbeiplanten, waarvan de extracten worden aangeprezen als “natuurlijke huidverlichters”. Deze werken wel, maar de problemen met hydrochinon gelden ook voor deze preparaten. Het feit dat de hydrochinon van een natuurlijke bron komt, doet niet ter zake. In principe kunnen 2% hydrochinonpreparaten, ongeacht de bron, ouderdomsvlekken effectief verminderen en het alarm dat door sommige activistische organisaties over dergelijke producten wordt geslagen, wordt niet gestaafd door bewijs.